Besprekingen
In het foute kamp beland
Ulla Lenze schrijft evocatief over nazisympathieën in New York anno 1939.
In de Duitse letteren is der kleine Mann een vertrouwd personage. Zie alleen al het werk van Hans Fallada, waarin het wemelt van de krabbelaars die zich staande proberen te houden in een onverschillige wereld. Ook de titelheld uit De drie levens van Josef Klein behoort daartoe. 'Ik lijk op veel mensen', zegt hij als iemand hem weer eens verwart met een ander. Zelf zit hij er niet mee. Het liefst zou hij 'onzichtbaar' willen leven, 'niemand' willen zijn.
Ulla Lenze (1973) baseert haar vijfde roman - de eerste in het Nederlands vertaalde - op de correspondentie tussen haar oudoom Josef en grootvader Carl. Josef vertrok in 1925 zonder een cent op zak naar New York, Carl bleef achter in Neuss bij Düsseldorf, waar hij een gezin stichtte en een burgermansbestaan opbouwde.
Waargebeurd kan de literatuur lelijk in de weg zitten, maar dat gebeurt bij Lenze niet. Haar stijl is er evocatief genoeg voor. Door handig te laveren tussen drie tijdperken weet ze de aandacht bovend…Lees verder
Ulla Lenze - De drie levens van Josef Klein
BOEKENBAL
★★★½
'De drie levens van Josef Klein' is een roman die gestoeld is op 'een werkelijkheid'. Vaak gaat het dan om een familiegeheim, meestal niet bijster interessant. Dat is bij deze roman wel anders. Josef Klein, een bijna klassieke man zonder eigenschappen, is in de jaren 20 vanuit Duitsland geëmigreerd naar de VS. Vlak voor het uitbreken van WO II wordt hij, een verwoed radioamateur, door de nazi's in New York gerekruteerd als spion. Na de oorlog wordt hij uitgezet naar Duitsland.
Ulla Lenze kreeg van haar moeder een briefwisseling tussen haar opa Carl en zijn broer Josef. Dat was geen vreselijk geheim, want Josef was altijd al bekend in de familie. Door slim heen en weer te springen in de tijd houdt Lenze toch iets van spanning in het boek. Ze probeert aan de hand van die brieven in het hoofd van Josef te kruipen om zijn beweegredenen aan het licht te brengen. Zonder te duiden of te verklaren. En die rustige, bijna ingetogen manier van vertellen is de kr…Lees verder
De man die zichzelf wilde zijn
Tijdens een oorlog moet je keuzes maken, toont de Duitse Ulla Lenze in De drie levens van Josef Klein . En als jij niet kiest, kiezen anderen wel voor jou.
Nadat Josef en Arthur in het New York van midden jaren 1930 hun eerste radio in elkaar geknutseld hebben en met andere radioamateurs van over de hele wereld hebben gesproken, beseffen ze dat ze iets nieuws in handen hebben. ‘Nu kan alles gezegd worden, ’ merkt Josef op, ‘hoe het echt in de wereld toegaat. Ooit zijn er geen geheimen meer.’
Die utopische gedachte blijkt ietwat naïef, toont Ulla Lenze in haar roman De drie levens van Josef Klein . Via de radio kon je de wereld immers niet alleen de waarheid vertellen, in oorlogstijd bleek het toestel ook ideaal voor Duitse spionnen om hun in New York ingewonnen informatie in geen tijd op een Berlijns bureau te laten belanden. Daar had Josef niet aan gedacht toen hij zijn euforische blijdschap uitschreeuwde.
Lenze, die haar roman losweg baseerde op de briefwisseling van haar oudoom Josef Klein en diens broer Carl, schakelt vlot tussen drie periodes uit het leven van haar hoofdpersonage. In een…Lees verder
Nazi-helper uit onmacht
Ulla Lenze verdiept zich in het leven van haar oudoom en schetst een zeldzaam precies portret van een man die geen verantwoordelijkheid wil, maar die toch draagt.
Het is ook echt een klein leven - 'eine kleine Existenz' zouden de Duitsers zeggen - dat het titelpersonage uit De drie levens van Josef Klein in New York leidt. 'Ik wil niemand zijn', zegt Josef tegen Max, net als Josef een Duitse immigrant in de wereldstad. Het jaar is 1939. Max heeft net gevraagd of Josef niet uit Harlem weg wil. Of hij geen beter leven wil opbouwen, wil hij soms niemand zijn? Precies dat laatste dus.
Josef kwam in 1925 als jongeman naar New York. Hij werkt bij een drukkerij die zowel voor racisten als zwarte activisten teksten afdrukt. Zijn enige hartstocht betreft de zend- en ontvangstapparatuur waarmee hij als radioamateur de hele wereld zijn sobere appartement binnen kan laten komen en zelf onzichtbaar de ether kan betreden. Dat is genoeg, naast de bean pie die hij zo graag eet - een specialiteit van de zwarte moslims in Harlem-, de jazzclubs waar hij Duke Ellington en Ethel Waters heeft zien spelen en de vrouwen die soms zijn bestaan schampen. Zijn l…Lees verder