Mocht je Brussel blues in de boekhandel zien liggen, neem het boek vast, sla het open en lees het begin van hoofdstuk 21. Daarin wandelt de hoofdpersoon, privédetective Keller Brik, op een avond door de hoofdstad vanaf de Aarschotstraat, bekend van de raamprostitutie, tot in de Marollen. Opgewekt is het beeld van Brussel niet, wellicht heeft Brik wegens zijn beroep vooral oog voor het verval en het gevaar dat overal dreigt. Wouter Dehairs beschrijft het allemaal in sober maar secuur proza en laat zien dat Brussel een uitgelezen decor biedt voor sterke (misdaad)verhalen, juist omdat schoonheid en lelijkheid er vaak letterlijk naast elkaar liggen.
Met zijn tweede misdaadroman Nachtstad won Dehairs in 2021 de Hercule Poirotprijs voor de beste Vlaamse misdaadroman. Brussel blues is nog beter. Oorspronkelijk zou dit het laatste deel van een trilogie vormen. Dehairs schrijft in het nawoord hoe hij Keller Brik eerst een tragische dood…Lees verder
Mocht je Brussel blues in de boekhandel zien liggen, neem het boek vast, sla het open en lees het begin van hoofdstuk 21. Daarin wandelt de hoofdpersoon, privédetective Keller Brik, op een avond door de hoofdstad vanaf de Aarschotstraat, bekend van de raamprostitutie, tot in de Marollen. Opgewekt is het beeld van Brussel niet, wellicht heeft Brik wegens zijn beroep vooral oog voor het verval en het gevaar dat overal dreigt. Wouter Dehairs beschrijft het allemaal in sober maar secuur proza en laat zien dat Brussel een uitgelezen decor biedt voor sterke (misdaad)verhalen, juist omdat schoonheid en lelijkheid er vaak letterlijk naast elkaar liggen.
Met zijn tweede misdaadroman Nachtstad won Dehairs in 2021 de Hercule Poirotprijs voor de beste Vlaamse misdaadroman. Brussel blues is nog beter. Oorspronkelijk zou dit het laatste deel van een trilogie vormen. Dehairs schrijft in het nawoord hoe hij Keller Brik eerst een tragische dood wou laten sterven. Maar toen hij dit boek afwerkte, besefte hij dat er nog leven zat in zijn antiheld, hoewel die een aantal keer erg hardhandig wordt aangepakt.
Het begin van Brussel blues is hoogst origineel. Een man, die een afspraak gemaakt heeft met Brik, komt zijn kantoor binnen, gaat zitten, haalt een pistool boven en schiet zichzelf door het hoofd. Brik ontdekt al snel dat de dochter van de man verdwenen is en dat diens schoonbroer onlangs ook zelfmoord pleegde. Het onderzoek naar dit familiedrama verbindt Dehairs naadloos met andere zaken die de detective voor de voeten geworpen krijgt, zoals de haast onmogelijke zoektocht naar een transmigrant die hem in contact brengt met vijandige Servische en Albanese bendes.
ex-Heroïneverslaafde
Keller Brik, die zo naast Sam Spade of Philip Marlowe kan staan, is in alles een klassieke speurder: eigenwijs, cynisch en wantrouwig maar behept met een groot verantwoordelijkheidsgevoel en de overtuiging dat slechteriken nooit mogen winnen. Zo mogelijk nog intrigerender is zijn assistent Gwen Van Meer, de hardste tante van het Brussels Gewest. Ze groeide op voor galg en rad en kwam terecht in de klauwen van een meedogenloze bendeleider voor wie ze, in ruil voor heroïne, allerlei klussen moest klaren. Brik redde haar van dat leven, nu helpt ze de bendes aan te pakken.
Een leuke gimmick is dat de muziek die Brik toevallig op de radio of in een bar hoort, telkens verwijst naar de blues. Achteraan publiceert Dehairs zelfs een lijst met nummers van onder anderen Johnny Cash ('Folsom Prison Blues'), Tom Waits ('Tom Traubert's Blues') en Zita Swoon ('Ragdoll Blues'), de soundtrack van zijn boek.
Brussel blues is een van de beste Vlaamse misdaadromans sinds lang. Het verhaal, de setting, de personages en de stijl kloppen. Moeiteloos zet Dehairs alle genrekenmerken en thema's van het 'hardboiled' misdaadverhaal naar zijn hand. Het is maar goed dat hij Keller Brik en Gwen Van Meer niet heeft afgevoerd, zij hebben nog werk voor de boeg in Brussel.
Lannoo, 292 blz. € 20,99.
Verberg tekst